Hoe rookt u gerechten op een gasbarbecue?

arrow

Er zijn weinig dingen die zo tot de verbeelding spreken als geur. Een klein vleugje van een bepaalde saus of de geur van een bepaald soort vlees heeft het magische, nostalgische vermogen ons terug te laten denken aan bijzondere maaltijden en precies waar we waren toen ze plaatsvonden.

Dit is een van de redenen waarom gerookt voedsel zo‘n aantrekkelijke trend is in de kookwereld: het grootste deel van de smaak zit hem in het aroma. Toch is roken – net als veel dingen in de BBQ-wereld – een ondergewaardeerde techniek, die veel breder kan worden toegepast dan je zou denken. Dus haal jouw barbecue tevoorschijn en laten we eens een paar van de mythes rond deze veelzijdige barbecuetechniek uitroken.

"Mythe #1: ‘gerookt’ voedsel heeft maar één smaak"

Zelfs onder enthousiaste barbecueërs bestaat een wijdverbreide misvatting dat alle soorten gerookt voedsel hetzelfde smaken, of het nu om vlees, vis of groente gaat. Maar het mooie van roken is juist het tegenovergestelde: met roken kun je een heel scala aan smaakervaringen bereiken! De makkelijkste manier om de smaak te beïnvloeden is door een andere houtsoort te gebruiken. Elke houtsoort geeft een eigen aroma.

Dus wanneer je het vlees op een Weber cederhouten rookplank, krijgt het een subtiele rooksmaak, en met ons aanbod aan gearomatiseerde houtsnippers (bijvoorbeeld appel of beuken) kun je complete nieuwe dimensies aan smaak bereiden. Een ander hulpmiddel is kruiden. Bij roken omvat dit drie fasen: pekel, kruidenmengsel en saus. Experimenteer om te ontdekken wat je het lekkerst vindt!

"Mythe #2: alleen voor professionals"

Hoewel gerookte voedingsmiddelen een complexe smaak hebben, betekent dit niet dat het proces zelf ook complex hoeft te zijn. Webers nieuwe Master-Touch Premium of Webers Genesis® barbecue maakt roken toegankelijk en (jawel!) zelfs makkelijk: Je hoeft alleen de stukken rookhout direct aan te briketten toe te voegen, voor een heerlijke, volle smaak – en in het geval van de Weber Genesis® II barbecue hoef je slechts een smoker box te plaatsen waar je Webers houtsnippers in doet.

Sluit de barbecue lang genoeg om de snippers aan het roken te krijgen voordat je het deksel weer opent om jouw ingrediënten op het grillrooster te plaatsen. Vervolgens zorgt de rook voor de rest. Dat laat ruimte over voor experimenteren: tijd om eindelijk eens een keer dat balsamico kruidenmengsel uit te proberen, of dungesneden plakjes appel als garnering!

"Mythe #3: roken begint en eindigt met klapstuk"

We kennen allemaal de knapperige buitenkant van gerookt klapstuk, de bedwelmende smaken van gerookte spareribs, en de zwoele smeuïgheid van gerookte zalm. Dit zijn de soorten voedsel die het sterkst met de techniek worden geassocieerd, en dat is niet voor niks zo. Het zijn echte publiekstrekkers die het altijd goed doen – en op de volgende pagina kun je deze klassieke recepten voor gerookt vlees en gerookte zalm uitproberen. Maar vergeet daarbij niet dat gerookt klapstuk, ribben en zalm pas het begin zijn: een klein tipje van de sluier van de grote, heerlijke wereld van het roken.

Het allereerste principe van roken – low and slow – staat garant voor unieke smaken en texturen in allerlei soorten vlees, vis en groente. Gerookte artisjokken met een knoflook-yoghurtsaus, tot barstens toe gerookte cherrytomaten in een warme quinoasalade, gerookte spruitjes met sappige stukjes buikspek. Het valt allemaal te roken. Dus laat je niks wijsmaken door al die mythes!

Hoe te roken op gas?

1. Kies de juiste Weber-houtsnippers, die het best bij jouw recept passen. Je kunt uit allerlei verschillende smaken kiezen, dus bekijk alle mogelijkheden voordat je een keuze maakt.

2. Neem een handvol van de houtsnippers, die je hebt gekozen en laat ze voordat je begint 30 minuten in water weken.

3. Verwarm de barbecue voor tot ten minste 250–260° C.

4. Schud eventueel overtollig water van de houtsnippers af, en plaats ze vervolgens direct in de smoker box. Plaats deze op het grillrooster boven een van de branders, zodat hij wordt blootgesteld aan directe warmte.

5. Sluit het deksel en laat de rook opbouwen voordat je het voedsel op het grillrooster plaatst. Nu kun je de temperatuur verlagen tot 130° C: de ideale temperatuur voor roken. Opmerking: een handvol houtsnippers is genoeg om die gewilde rooksmaak aan het gerecht te geven. Rook het gerecht in eerste instantie niet te lang: 20 minuten is genoeg voor een heerlijke rokerige smaak.

Ingrediënten

  • circlePorties: 4
  • circle1 uur
  • 1 kg zalmfilet met huid
  • Marinade
  • 1 el gemengde peperkorrels
  • ½ bos verse dille
  • 3 tl zout
  • 3 el bruine suiker
  • Salsa
  • 1 verse rode peper
  • 3 middelgrote rijpe tomaten
  • ½ komkommer
  • Schil en sap van 1 citroen
  • 2 lente-uitjes
  • 1 kleine handvol dille
  • 1 avocado
  • 1 el olijfolie van goede kwaliteit
  • 2 tl rodewijnazijn
  • Zout
  • Peper
  • Suiker
  • Potatoes
  • 250 g nieuwe aardappelen
  • 2 el olijfolie van goede kwaliteit
  • Zout, Peper
  •  
  • Speciale accessoires
  • cederhouten plank, tenminste 30 minuten geweekt in water

Bereiding

  • 1. Meng alle ingrediënten van de marinade door elkaar. Verspreid deze over de vis en wikkel strak in keukenfolie. Laat tenminste 1–2 uur staan, bij voorkeur de hele nacht.

  • 2. Verwarm de barbecue voor tot 150° C. Plaats de zalm op de geweekte cederhouten plank in de barbecue, sluit het deksel en rook één uur lang totdat de kerntemperatuur 58° C heeft bereikt.

  • 3. Kook ondertussen de aardappels en maak de salsa klaar door alle ingrediënten door elkaar te mengen, waarna je het laat staan totdat de vis klaar is.

  • 4. Serveer de vis met de dille-salsa, gekookte aardappelen, een flinke kneep citroensap en wat zout en peper.

Ingrediënten

  • circlePorties: 10
  • circle1:30 - 2 uur
  • 2,5 kg kogelbiefstuk
  • 20 g gekleurde peperkorrels, heel
  • 5 g piment, heel
  • 10 g gember
  • 10 g knoflook
  • 2 g chilivlokken, naar smaak
  • 30 g grof zeezout
  • 10 g bruine suiker
  • 80 g boter
  • 60 ml madeira
  •  
  • Speciale accessoires
  • smoker box, houtsnippers voor rundvlees

Bereiding

  • 1. Week de houtsnippers minstens 30 minuten in water.

  • 2. Schil de gember en pel de knoflook, en snijd alles in grove stukken. Vermaal alles vervolgens in een vijzel tot een pasta.

  • 3. Rooster de kleurige peperkorrels en piment in een pan op laag vuur. Voeg ze daarna toe aan de knoflook-gemberpasta en stamp middelfijn. Meng de chilivlokken, het zeezout en de suiker erdoor.

  • 4. Smelt de boter in een pan, voeg toe aan het mengsel in de vijzel en meng alles goed door elkaar.

  • 5. Wrijf het kruidenmengsel in de biefstuk.

  • 6. Verwarm de barbecue voor op 140–160° C en gebruik de indirecte methode. Laat de houtsnippers uitlekken en plaats ze in de smoker box. Plaats de smoker box op de Flavorizer Bars (zie handleiding).

  • 7. Plaats de biefstuk op de barbecue bij indirecte warmte.

  • 8. Steek een vleessensor in het midden van de biefstuk, sluit het deksel van de barbecue en grill de biefstuk totdat de kerntemperatuur 57° C heeft bereikt.

  • 9. Voor een sterkere rooksmaak kun je natgemaakte houtsnippers opnieuw toevoegen. Dep het vlees regelmatig met madeira om ervoor te zorgen dat het sappig blijft.